Nieuws uit 2011

Noodwoningen in een trein
(Geplaatst 31 december 2011)

Drie weken terug kregen we de vraag of we wisten waar deze noodwoningen in treinstellen gestaan hadden. Het is geen alledaagse vraag. Normaal gaan de vragen over onroerende goederen en deze zijn "aard- en nagelvast” en dat kun je van een treinstel niet zeggen.

We kregen wel een aantal bruikbare feiten. Het moet Nijmegen zijn en het gaat over de familie Ernsten. Na het uitpluizen van de bevolkingsregisters en adresboeken vonden we nadere gegevens van Jan Ernsten.

Jan Ernsten van beroep poetser N.S. wonende aan de Oude Nonnendaalseweg wagon A69. Met behulp van oude kaarten en terreinbezoek hebben we de ligging van de noodwoningen gevonden. Namelijk op een doodspoor welke liep van de kruising Oude Nonnendaalseweg en de Anjelierenweg naar de haven aan de Waal. Om nog preciezer te zijn het huidige blok huizen met het adres Anjelierenweg 36 – 58 in Nijmegen

Na verder gezoek in het adresboek van 1922 vonden we andere gezinnen die hier ook gewoond hebben.

Lubberhuizen, D. – Remmer N.S. – Spoorwagon A73

Pannevis, W.P. – Ploegbaas N.S. – Postwagon 56a

Willems, J.F.H. – Hoofdgeleider N.S. – Spoorwegwagon A73

Wolf, J.Th. – Stoker N.S. – Wagon A63 (Koninginnelaan)
 

In de Gelderlander van zaterdag 24 december 2011 staat er een mooi artikel over, zie:
 
 
 
 
Van de foto rechts weten we dat Nelletje Ernsten op de schoot van haar moeder zit. Door ons gezoek in de bevolkingsregisters kunnen we de hele familie benoemen. Van links naar rechts: Jan Ernsten, dochter Harmke, Grietje Ernsten-Lasscher met op schoot dochter Nelletje.
 
 

 

 

 

 
 

 

 
Veldwerken
(Geplaatst 24 december 2011)
 
Boven van links naar rechts: veldwerken van Gendt (toen Gent) van vóór 1832; landmeterboekjes van dienstjaar 1837 en 1838; veldwerk van dienstjaar 1940 van Lent sectie B. Deze verschillenden soorten van veldwerken worden in het artikel beschreven.

Onder kadasterkaarten is een artikel over het onstaan en de geschiedenis van de Veldwerken geplaatst. In dit artikel wordt uitvoerig ingegaan over het gebruik van het veldwerk. Het veldwerk is de belangrijkste kaart voor het uitzetten van de kadastrale grenzen. De veldwerken zijn gescand en het is de bedoeling dat deze kaarten over vijf jaar vernietigd worden. Dit besluit door het Kadaster, in samenspraak met het Rijksarchief, werd geplaatst in de Staatscourant 4875 van 22 maart 2011. Tot zes weken daarna kon bezwaar worden gemaakt. Tegen de vernietiging van de veldwerken is geen bezwaar binnengekomen.

 
 
 
Kadasterputdeksel
(Geplaatst 12 december 2011)

Onder Het Kadaster rubriek Wist U dat! is een bijzonder Kadasterputdeksel beschreven. Deze putdeksel lijkt te zitten op een putje van het gas- of waterleidingsbedrijf, maar hieronder zit een Kadastersteen. Door de oudere meetarbeiders en landmeters werd dit een "straatpot” genoemd.

Wij hebben zo'n "straatpot” in het terrein nog nooit gezien. Als U dat wel heeft, wilt U hier dan een foto van maken en deze naar ons opsturen? Wij plaatsen deze foto dan graag op de website.

 

 
De ijkbasis op de Loenermark
(Geplaatst 1 december 2011)
Op de prachtige Zilvenscheheide, in de Loenermark, ruwweg te vinden ten zuiden van Loenen en Eerbeek, is ongeveer 55 jaar geleden een ijkbasis aangelegd die daar nu nog aanwezig is. Met welk doel die daar gemaakt is en waarom juist daar, kunt U lezen in het artikel IJKbasis Loenermark.
 
 
 
Sextant
(Geplaatst 22 november 2011)
Naast de theodoliet is er nog een hoekmeetinstrument en wel de sextant. Dit instrument is eigenlijk niet een echt landmeetkundig instrument maar een nautisch instrument, dus voor gebruik op zee. Het instrument is ontwikkeld om op zee de positie te kunnen bepalen door hoeken te meten naar de sterren.
 
Door het Kadaster werd het niet veel gebruikt. Het werd alleen gebruikt om een grondslagnetje te verkennen en in enkele gevallen werden er astronomische metingen mee verricht. De beschrijving van de sextant is vandaag geplaatst onder Instrumenten.
 
 
 
Nieuws week 46
(Geplaatst 17 november 2011)
Onder Grenspalen, rubriek Bomen als grens, is een artikel geplaatst over de markeringslinde tussen 't Rooth en Klein Welsden (Limburg).
Verder hebben we bij de links twee websites toegevoegd.
Een website is gemaakt door Dries Molen en gaat over de rekenliniaal. De enige Nederlandse website over de rekenliniaal.
Rechtsboven: Dries Molen met een extra grote rekenliniaal.
 
De andere website heet: Landschap van Iedereen en fungeert als de landschapsportaal website van Groesbeek – Ooijpolder – Duffelt.
 
 
Verschrijvingen landmeter
(Geplaatst 8 november 2011)
De landmeters die tussen 1812 en 1832 bezig waren met het te naam stellen van de percelen hadden nog wel eens moeite om de plaatselijke bewoner te verstaan. Veldnamen van weilanden zijn vaak foutief in de kadasterleggers geschreven. Bijvoorbeeld in de Ooijpolder werd de veldnaam Bottenkamp verstaan als Boterkamp en de naam Hooikamp werd Hovekamp. In de praktijk maakte dat niet uit en bleef de oorspronkelijke naam bestaan.
Veldnaambordje met Bottenkamp aan de St. Hubertusweg in de Ooij gemeente Ubbergen.
 
Deze verschrijvingen kwamen ook voor bij straatnamen. Bijvoorbeeld in Zuid-Limburg in Geleen. In het negentiende-eeuwse Geleen was er een straat die al eeuwenlang de naam Lutterader Dorpstraat droeg. Lutterade was een gehucht in de toenmalige gemeente Geleen. Door de bewoners werd deze straat gewoon ‘de straat' genoemd. Alleen in Zuid-Limburg zeggen ze geen ‘de' maar ‘gen'. Volgens de bekende Geleense historicus prof. Dr. Schrijnemakers is er in de negentiende eeuw een landmeter geweest die kennelijk geen raad wist met deze benaming. Hij heeft toen op zijn kaart ‘gen straat' genoteerd. Toen latere vroede vaderen die kaart zagen, hebben zij volgens professor Schrijnemakers aan die straat maar een officiële Nederlandse naam gegeven en haar ‘Geenstraat' genoemd. Deze straatnaam bestaat nog steeds.
 
Foto's rechts:
Geenstraat te Geleen.
Het Drossaertshuis in de Geenstraat.
 
Bron: Rie op den Camp in: Onze Taal, juni 2011; OAT Ooij
 
 
 
 
 
 
Hulpkaarten
(Geplaatst 31 oktober 2011)
Onder Kadasterkaarten is een artikel over het ontstaan en de geschiedenis van de Hulpkaarten geplaatst. Het is een mooi artikel geworden over een hele belangrijke schakel in de kadasterkaarten. Deze onderschatte kaarten zijn door het Kadaster gescand en de originelen kaarten blijven nog zeker vijf jaar opgeslagen bij Koninklijke Saan in Almere.
 
Boven: hulpkaart, model 78, van Nijmegen sectie C omgeving Broerstraat en Mariënburg. Daarnaast hulpkaart, model 65, van Nijmegen sectie C omgeving Kelfkensbos en Burchtstraat. Helemaal rechts: hulpkaart van de noodwinkels bij de Keizer Karelplein en de Bisschop Hamerstraat.
 
Daarna wil het Kadaster over gaan tot vernietiging van de originelen hulpkaarten en veldwerken. Dit besluit werd geplaatst in de Staatscourant 4875 van 22 maart 2011. Tot zes weken daarna kon bezwaar worden gemaakt. Er werden inzake de hulpkaarten tijdig bezwaren gemaakt door drie individuele personen en twee groepen: de werkgroep Digitale Woonomgeving Ede Centrum en de Studiekring Historische Cartografie. Het wachten is nu op het oordeel.
 
Kadaster 1811 - 2011
(Geplaatst 21 oktober 2011)
Bij Keizerlijk Decreet van 21 oktober 1811 – vandaag 200 jaar geleden – werd in Nederland het Kadaster ingevoerd. In het jaar 1811 zijn heel veel bestuurlijke hervormingen ingevoerd zoals: de Grondwet, het Burgerlijk Wetboek, de Burgerlijke Stand, de Dienstplicht, het Kadaster, het invoeren van achternamen, huisnummers en standaardmaten en –gewichten. De Fransen wilden effectief en eerlijk de belastingen innen daarom werden al deze maatregelen genomen.
Doel van het Kadaster was te komen tot een rechtvaardige heffing van de grondbelasting. Als grondslag voor de belastingheffing werd gekozen voor de jaarlijkse opbrengst / waarde van de grond en gebouwen. Het Kadaster werd een onderdeel van de Ministerie van Financiën. In de jaren tussen 1812 en 1832 werd het gehele land – met uitzondering van Limburg – opgemeten en in kaart gebracht. De lange duur van het werk gaf meermalen aanleiding tot aandringen op meer haast, maar met weinig succes.
Na 1825 werd in verband met de invoering van een nieuw hypothecair stelsel, dat het kadastrale perceel tot grondslag had, het tempo opgevoerd. Volgens het zogenaamde ‘specialiteitsbeginsel' werd de verplichting ingevoerd percelen in hypotheekakten met hun kadastrale aanduiding ( dat wil zeggen met kadastrale gemeente, sectie en nummer) te benoemen. Een belangrijk beginsel bij de registratie is dat deze openbaar is. Zonder openbaarheid zou rechtsverkeer van onroerend goed niet goed mogelijk zijn. Daarom is het principe van het zogenaamde 'publiciteitsbeginsel' vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek, dat op 1 oktober 1838 werd ingevoerd.
 
Rechts: portret van Keizer Napoleon, deze ondertekende op 21 oktober 1811 het keizerlijk decreeet tot invoering van het Kadaster in Nederland. Daaronder: landmeters met het planchet, een tafeltje op driepoot met daarop een vizierlineaal, een fraaie tekening uit "Les ingenieurs-geographes" van Berthaut.
 
 
Nijmegen anno 1868
(Geplaatst 7 oktober 2011)

Onder DOWNLOAD is een nieuw pdf-bestand geplaatst. Het bestand heet: NIJMEGEN_ADRESBOEK_1868.pdf. Hierin staat per pand de bewoner met beroep vermeld. Deze gegevens komen uit het oudste adresboek van Nijmegen. Wij hebben de gegevens uit het adresboek op een andere manier geplaatst, namelijk per adres. Op deze manier ziet men meteen de buren en krijg men een indruk van de bewoning per straat.

In het pdf-bestand is het toch mogelijk om op naam te zoeken. Men moet dan via het toetsenbord ctrl-f aanklikken. Bovenin het bestand komt een scherm waarin de naam ingetoetst kan worden. Waarna het bestand de gevraagde naam aangeeft.
 
Rechts: schilderij van Rudolph Lauwerier, uit het midden van de 19e eeuw, van de Regulierstraat B476.
 
Excursie KNAG
(Geplaatst 21 september 2011)

Zaterdag 17 september hield het Koninklijk Aardrijkskundig Genootschap (KNAG) weer haar jaarlijkse excursie. Het thema deze dag was "de IJssel” en haar invloed op de ontwikkeling van het omringende land en landschap: Kampereiland, de stad Kampen en de IJssellinie. Een impressie.

"Erve 29”
 Namens "Kwartier van Nijmegen” hebben Hans Giesbertz en Jan van Eck deelgenomen aan deze zeer interessante excursie/studiedag. Met veel vertraging, omleiding en improvisatie – lukte het wonderwel toch nog om op tijd, te weten 10.00 uur, met de NS in Kampen te arriveren. Daar wacht ons een luxe touringcar die ons naar de boerderij "Erve 29”, een museumboerderij op het Kampereiland brengt. De boerderijen op het Kampereiland zijn van eenvoudige – maar daarom niet minder fraaie – architectuur. De terp met de landerijen op het van IJssel en Zuiderzee/IJsselmeer gewonnen land, waren eigendom van de Gemeente Kampen. De "Erven”, aangeduid met een volgnummer werden verpacht, waarna de pachter zelf voor de bebouwing moest zorgen. "Erve 29” is zoals alle oude boerderijen op het Kampereiland een zogenoemd hallehuis, verwant aan het Twentse ‘los hoes'. Dit type heeft geen scheidingsmuur tussen woonhuis en bedrijfsgedeelte.
 
Rechtsboven: Erve 29. Daaronder: op de kaart staan als topografische namen "Erf 99" en "Erf 74".
 
 
Gewonnen land
De aansluitende tocht voerde ons langs een aantal terpboerderijen met een streekeigen architectuur. Opvallend hierbij is het op het westen gebouwde achterhuis met een wolfsdak als windbreker. Enkele ‘nieuwe' polders werden bekeken, zoals het Noorddiep, de Kattenwaard en de Zwartendijk. Het gewonnen land werd met een dijk ingepolderd. Bij bedijking van weer een nieuwe polder, werd de bestaande dijk gehandhaafd. Dit geeft een bijzonder reliëf aan het Kampereiland met al zijn dijkjes. De voormiddag werd afgesloten met een stadswandeling door Kampen.
 
Bij het begin van de tocht over het Kampereiland kwamen we langs de "Vier jaargetijden" van de polder. Rechts: stadswandeling door Kampen.
 
IJssellinie
Het middagprogram stond volledig in het teken van de IJssel als verdediging. De in de jaren vijftig van de vorige eeuw aangelegde IJssellinie. Deze linie bestaande uit onder meer drie reusachtige stuwen: in IJssel (Olst), Rijn (Arnhem) en Waal (Nijmegen/Ooij), welke in tijd van oorlogsdreiging vanuit het oosten, de rivier konden afsluiten. Doorlaatplaatsen in de dijk konden op deze wijze een groot gebied inunderen, waardoor de vijand werd ‘afgeremd'. In een omtrek van ± 1,5 km van deze stuwen werden verdedigingswerken aangelegd: bunkers, in gebetonneerde kanonnen, vierlingmitrailleurs en zoeklichten. In Olst is dit alles - dankzij een stichting met veel vrijwilligers – volledig in tact en te bezichtigen. Deskundige uitleg geeft een goed inzicht in dit grootse infrastructurele werk dat in het diepste geheim, in eendrachtig samenwerking tussen civiel ingenieurs, legerleiding en Rijkswaterstaat tot stand is gebracht. De komst van grote helikopters in de jaren zestig, die zwaar materieel door de luncht konden vervoeren, maakte dit inundatieproject overbodig. Al was het tijdens de Cubacrisis in 1962 nog even spannend. Vanaf half jaren zestig is de linie ontmanteld en nog slechts van historisch belang.
 
 
Rechts: kaart waarop aangegeven staat wat onder water zou staan. Daaronder: een Russische kaart van het gebied. Later bleek dat Rusland alles wist en in kaart had gebracht.
In het diepste geheim werden zelfs - in bunkers - noodhospitalen aangelegd. In de bunkers bij Olst is alles weer ingericht zoals het was. Jan kon zich zelfs nog aan de blindedarm laten behandelen.
 
Jan van Eck
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Middelpunt van de Benelux
(Geplaatst 13 september 2011)
In augustus ben ik (Hans Giesbertz) een paar dagen in de buurt van Tilburg geweest en daar kwam ik het middelpunt van de Benelux in de gemeente Oisterwijk tegen. Het middelpunt is gelegen aan De Scheerman ten zuidoosten van de dorpskern en aan de rand van landinrichting De Hilvers. Hier heb ik natuurlijk foto's van genomen. Bij navraag blijk dat er onenigheid is tussen de gemeenten Oisterwijk en Chaam over de plaats van het middelpunt.
Nu blijkt dat er verschillende methoden zijn om een middelpunt van een geografische plaats te bepalen en de uitkomsten hiervan kunnen verschillend zijn. De berekening door het Kadaster leverde de gemeente Oisterwijk (Moergestel) op als middelpunt van de Benelux. De door Alphen – Chaam aangevraagde berekening door het bedrijf Geodan leverde Chaam op als middelpunt van de Benelux. Chaam claimt ook het middelpunt te zijn op basis van een historische berekening uit 1822 over de Nederlanden van toen.
 
Links het middelpunt van de Benelux volgens de gemeente Chaam bij de rotonde aan de Baarleseweg. Hier is het kunstwerk geplaatst: de drie grote "Happy People”, in de kleuren van België, Nederland en Luxemburg van de Chaamsekunstenaar Berrie Martens. Rechts de foto van het middelpunt in Moergestel in de vorm van een ANWB verkeersbord.
 
Bij mijn bezoek aan het VVV, in Moergestel, blijkt dat er toch een vorm van samenwerking is tussen Oisterwijk en Chaam. De Stichting Oisterwijk 800, initiatiefnemer tot het middelpunt in Moergestel, heeft een toeristische fietsroute uitgezet vanaf het middelpunt in Moergestel naar Chaam. Deze route, die ook in Chaam kan worden gestart, bevat veel toeristische informatie.
 
Op internet kan ik geen duidelijk antwoord vinden over de juiste plaats van het middelpunt. De commissaris van de Koningin is volgens burgemeester Nuijten van de gemeente Chaam in verwarring gebracht. "Maar hij heeft gezegd, hoe meer middelpunten de provincie heeft, hoe beter."
Om de commissaris van de Koningin te helpen aan meer middelpunten, hierbij een derde. Mijn logeeradres lag tussen Moergestel en Chaam in en hier hebben ze ook een prachtig middelpunt op het erf. Daarom een foto van dit middelpunt.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Duitsland
(Geplaatst 6 juli 2011)

Afgelopen week ben ik (Hans Giesbertz) op vakantie geweest in Duitsland en de Duitsers zijn zeer "Pünktlich”. Ik ben dan ook heel wat landmeetkundige punten tegengekomen. Zoals de volgende meetpunten.

 
 
 
Het "Vermessungspunkt" hierboven is een ronde metalenplaat van ongeveer 15 cm. doorsnede, onderaan staat een kerk afgebeeld. Dit punt ligt ook vlak bij de kerk van Niederhausen. Het "Messpunkt" rechts is een vierkanten metalenplaat van ongeveer 20 cm en ligt in Lichtenberg.
 
Grenspunten
In de dorpen Niederhausen en Lichtenberg, gelegen ongeveer 20 km. van Darmstadt, worden de grenzen heel duidelijk aangegeven. Op elke hoekpunt is een grenspunt in de grond aangebracht en een keer zelfs aan een hoekpunt van een huis. U begrijpt dat ik dit moest fotograferen.
 
 
 
 

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Schenkenschanz 425 jaar
(Geplaatst 13 juni 2011)
 
 



 
 
 
 
 
 
Het huidige Schenkenschanz vanuit de lucht, anno 20Nu .
 
Het veel geroemde en beschreven voormalige vestingstadje Schenkenschanz bestaat 425 jaar. Het vieren en herdenken daarvan kun je aan die Schänzer overlaten. Zondag 22 mei was de feestelijke ‘aftrap' van een aantal activiteiten over het gehele jaar 2011 verspreid.
De tocht naar ‘die Insell' was aangenaam ontspannend. Vanwege de lage waterstand in de oude Rijn was "die Fähre” namelijk uit de vaart genomen. Auto of fiets moest in Düffelward worden achtergelaten. Met een reddingsbootje van de Kleefse Feuerwehr werden de bezoekers naar de overkant gebracht. Vandaar voerde een wandeling onder een heerlijk lentezonnetje door prachtig landelijk gebied naar het stadje.
Na een aantal historische inleidingen – afgewisseld met muziek van de Spielmannszug van Schenkenschanz - werd de tentoonstelling onder de titel: "Die Schenkenschanz undihrUmwelt – gesternundheute” geopend. Hierin wordt de roemruchte geschiedenis van ‘de Schans' In een goed verzorgd overzicht wordt in kaarten en documenten de geschiedenis van de vesting getoond. Pronkstuk hiervan vormt mijns inziens het originele capitulatie-document uit 1672. Dit document bezegelt de capitulatie van de Nederlanden tegenover de Fransen. Dit document duikt daarmee voor het eerst na 100 jaar weer op, nadat het in 1909 voor het laatst is getoond aan de Duitse keizer bij zijn bezoek aan Kleef.
Schenkenschanz is zeker een bezoekje waard. Het stadje dat door diverse mogendheden, koningen en hertogen is gedomineerd; en zelfs nog even – in 1810 – onder bestuur van de gemeente Millingen is geweest!
 
Links: De belegering van Schenkenschanz door Prins Frederik van Oranje in april 1636.
 
Jan van Eck
 
 
Frankrijk
(Geplaatst 6 juni 2011)

Afgelopen twee weken ben ik (Hans Giesbertz) op vakantie geweest in Frankrijk. Dit land is de bakermat van het Kadaster. Hier ben ik dan ook verschillende landmeetkundige verwijzingen tegengekomen.

 
Bij de opgravingen van Bibracte zag ik bovenstaande meetpunten en de punten rechts.
 
 
In Avallon zag ik een bordje met verwijzing naar het kantoor van het Kadaster. Even later liep ik over een meetpuntspijker.

 



In Troyes heb ik een hele dag door de prachtige oude stad gezworven. Laat in de middag kwam ik langs het museum voor handinstrumenten van ambachtslieden. Tegen de muur van de binnentuin hangen een aantal voorbeelden. Bij de landbouwgereedschappen zag ik een bijzonder landmeetkundig instrument: een landmeetpasser.
Het was voor het eerst dat ik deze in werkelijkheid tegen kwam. Op onze website staat, naast de beschrijving, alleen een tekening van de Landmeetpasser. Ik vind het leuk, dat ik nu een foto kan toevoegen.
Helaas kon ik door het late tijdstip het museum niet meer in.


 
 
 
 
  
Onhygiënische toestanden in Nijmegen
(Geplaatst 4 maart 2011)
Onder Download is een bestand geplaatst Onhygiënische toestanden in Nijmegen 1891-1895. Aan de hand van de jaarverslagen van de Medische Politie en de Gezondheidscommissie krijgen we een kijkje in het 19e eeuwse Nijmegen. Hieronder volgt een korte citaat, uit 1894, over het aanzicht van de straten. Voor het hele verslag klik op Hygiene 1891 - 1895.pdf.
 
Rechts: de Keumegas vanaf de Pepergas.
 
(…) "U mede te deelen, dat bij ons aanhoudend plaatselijk onderzoek gebleken is, dat de reinheid der straten en riolen over het algemeen veel te wenschen overlaat. Is dat reeds in de hoofdstraten blijkbaar, zeer sterk komt het uit in de mindere buurten, nog verergerd door een slecht plaveisel. Verzamelingen van vuil op de straten blijken niet dikwijls genoeg en niet volledig te worden opgeruimd. De toestand der riolen of goten is in de hoofdstraten niet altijd even gunstig te noemen; men treft hier en daar dikwijls belangrijke ophoopingen van vuil en daardoor belemmerden afvoer. In de Boddelstraat, Steenstraat, Vleeschhouwerstraat, Rozemarijngas, Kloosterhof, Kromme Elleboog, Lange Brouwerstraat, Halve Trom en Karregas ziet het er dikwijls treurig uit. De goten zijn over het algemeen dáár veel te nauw en te ondiep; men overtuige zich b.v. door eens een kijkje te nemen hoek Keumegas en Nonnenstraat. Reine straten en goten houdt de Gez. Comm. uit een sanitair oogpunt voor zoo hoog noodig, dat zij de vrijheid neemt er op aan te dringen om in de mindere buurten het plaveisel te verbeteren, de verzamelingen van vuil meermalen daags te doen opruimen, vooral ook de goten te verbeteren en liever van gemeentewege te doen uitscheppen dan dit, zooals al te dikwijls gebeurt, aan de inwoners over te laten; wij hebben hier vooral het oog op de mindere buurten.” (…)