Processen-Verbaal van grensbepaling

Bij de kadastrering werd de hele boekhouding per gemeente opgezet. Om een gemeente te kunnen opmeten, moest eerst duidelijk zijn wat er nu precies tot het grondgebied van die gemeente behoorde. Daarom werd er ongeveer een jaar voordat de opmeting gepland stond, door de prefect, op voordracht van de Ingenieur-Verificateur (I.V.), een landmeter-delimitateur aangewezen die met de grensbepaling werd belast. Meestal werd er aan hem een heel kanton toegewezen. Als de directeur der belastingen dat noodzakelijk vond, ging er een controleur der belastingen mee. De prefect onderzocht of er oude grensgeschillen bestonden tussen de desbetreffende gemeenten en probeerde die op te lossen. Ook stelde hij voor, als er sprake was van een erg kleine gemeente, deze samen te voegen met een naastliggende. Als dit gebeurd was, werden de maires (burgemeesters) er per brief van op de hoogte gesteld dat hun gemeente was aangewezen voor de bepaling van de gemeentegrenzen. Hij nodigde ze uit om de landmeter bij zijn opneming te vergezellen en hem behulpzaam te zijn, hem alle gewenste inlichtingen te verstrekken en om het op te stellen proces-verbaal van grensbepaling (P.V.) mede te ondertekenen. Bij deze brief stonden de regels genoemd waar de burgemeesters zich aan te houden hadden. In sommige gevallen was er sprake van bestaande grenzen zoals oude markegrenzen enz., die al van grenstekens waren voorzien.

  

Nu nog staan er oude grenstekens op de dijk tussen de buurtschappen Lent / Doornik en Lent / Oosterhout.

De landmeter informeerde in de desbetreffende gemeente bij de burgemeester, of er al een proces-verbaal van de gemeentegrens was. Vervolgens werd de gehele omtrek van de gemeente langs gewandeld, wat verschillende dagen in beslag nam. Per aangrenzende gemeente verschenen er weer andere gemachtigde aanwijzers, en er werd in het P.V. per aangrenzende gemeente een artikel opgemaakt. Dus, als de gemeente grensde aan vijf verschillende gemeenten, bestond het P.V. uit vijf artikelen, die afzonderlijk door de desbetreffende aanwijzers ondertekend werden. Grensde de gemeente aan bijvoorbeeld de Zuiderzee, dan werd ook daarvoor een afzonderlijk artikel opgemaakt, dat echter alleen ondertekend werd door de aanwijzers van de desbetreffende gemeente (bijv. Nijkerk) en de landmeter-delimitateur. Bij gemeenten die een eiland waren was het P.V. heel eenvoudig. Het P.V. van Urk bijv. luidt: "Daar deze gemeente geheel op zich zelven legd en door den oever der Zuider Zee wordt omringd hebben wij dit proces verbaal, hetwelk de Heer Schout getekend heeft, gesloten”. Van de rondgang werden schetsen vervaardigd. Volgens voorschrift moesten er "zoo veel afzonderlijke schetsen, als er omringende gemeenten zijn”, worden vervaardigd. Hierop stonden bijv. de namen van de aanliggende eigenaren en de soort van eigendom vermeld. Mede aan de hand van deze schetsen kon de landmeter later zijn P.V. opmaken. 

Rechts: schets van de gemeentegrens tussen Nijmegen en Heumen. Daaronder de schets van de gemeentegrens tussen Nijmegen en Lent, gelegen in het midden van de Waal. Daarna schets van de Rijksgrens tussen Ubbergen (NL) en Pruissen.

Als er voorstellen werden gedaan om blijkbaar noodzakelijke veranderingen aan te brengen of als er geschillen over de grens waren, dan werden de beide meningen op deze schetsen door gestippelde lijnen aangegeven, alsmede de mening van de landmeter. Deze opmerkingen werden ook in de tekst van het P.V. opgenomen. Voorschrift was dat de landmeter moest proberen om de maires tot een eensluidende oplossing over te halen. Bij geschillen die niet waren opgelost riep de prefect de raden van de desbetreffende gemeenten bijeen om te beraadslagen over de geschilpunten. In sommige processen-verbaal treffen we uitspraken over geschillen aan van de Koning. Omdat de landmeter-delimitateur meestal niet dezelfde was als de landmeter onder wiens leiding die gemeente ook werd opgemeten, moest het P.V. met zijn bijlagen duidelijk zijn. Enclaves van een gemeente gingen over naar de gemeente waarbinnen zij lagen, bezwaar maken was niet mogelijk. Als de landmeter zijn P.V.’s gereed had, werden de gemeenten in secties verdeeld, en deze werden weer onderverdeeld in bladen. Bij de verdeling van de gemeente in secties, moest de landmeter, met advies van de maire, zich houden aan overeenkomsten, gewoonten, en bovenal aan natuurlijke en onveranderlijke grensscheidingen. Daarom werd er weer ter plaatse met de maire rond gekeken. Elke sectie werd aangegeven met een naam, bijv. Het Dorp, en een letter bijv. A. Hiervan werd opgemaakt het P.V. ”der verdeeling van het grondgebied der gemeente in sectiën”. Meestal werd de verdeling van de gemeente in secties uitgevoerd door de landmeter die ook de detailmeting zou gaan doen. Als de P.V.’s van de gemeenten van het kanton gereed waren, moesten deze naar de I.V. worden gezonden. Nadat de directeur der belastingen zich er over had gebogen, werden de eensluidende P.V.’s door de perfect goedgekeurd. De P.V.’s met daarin voorgestelde veranderingen, konden pas worden goedgekeurd nadat hier een Koninklijk besluit over was genomen. 

Foto rechts: de handtekeningen onder het goedgekeurde Proces-Verbaal.

De hiervoor geschetste volgorde is in vrijwel elk geschrift, dat een beschrijving geeft over de werkzaamheden bij de oprichting van het kadaster, terug te vinden. De werkelijke volgorde van de werkzaamheden was vaak anders, wat nogal verwarring veroorzaakte. Zo begint het P.V. der verdeling van het grondgebied der gemeente Nijbroek in sectiën, als volgt: "In den jare achttienhonderd Acht en twintig den negenentwintigsten dag der maand Januarij hebben wij Landmeter van de eerste klasse van het Kadaster, belast met de perceelsgewijze opmeting der gemeente Nijbroek,  waarvan het proces-verbaal der grensbepaling is opgemaakt op den 10e September 1831 en gesloten den 20e daaraanvolgende door den landmeter C de Jongh (...)  ons begeven op het Raadhuis der gezegde gemeente: wij hebben aldaar gelezen, in tegen-woordigheid van den Heer Burgemeester der Gemeente Nijbroek, het bovengemelde proces-verbaal der grensbepaling enz.” Zo ook vond de detailmeting van Gelders Veenendaal plaats in 1827, maar het P.V. van grensbepaling is van 1831. Voor heel Gelderland is van de 184 gemeenten, slechts voor 73 gemeenten de "normale” volgorde gehanteerd. Bij de andere 111 gemeenten was de meting al uitgevoerd vóór de grensbepaling! Toen bleek dat de werkzaamheden voor het Kadaster niet snel genoeg verliepen, zijn er per Koninklijk besluit van 21 december 1825 nogal wat veranderingen in de regelgeving aangebracht. Per 1 januari 1826 ging de administratie van het Kadaster over naar het hoofdbestuur der Registratie en Loterijen. Staatsraad Gericke werd de nieuwe Administrateur. Hij heeft in een periode van ongeveer 6 jaar 111 circulaires (voorschriften) uitgevaardigd om de kadastrering te versnellen. Omdat er een nieuw hypotheekstelsel zou worden ingevoerd, was het van belang dat het meetwerk snel gereed zou zijn. In de hypotheekakte zou het noemen van de kadastrale nummers verplicht worden gesteld, en dat kan pas als de metingen en de kaarteringen hebben plaats gevonden. De kaartering kan echter niet worden uitgevoerd, als niet eerst de gemeente in secties was verdeeld. De burgemeesters konden eerst zelf wel de onderlinge gemeentegrenzen vaststellen. Na afloop werd dat als het ware gelegaliseerd door alsnog een P.V. van grensbepaling op te maken. Een andere oorzaak van het opstellen van een P.V. van grensbepaling na de meting was de splitsing van een al opgemeten gemeente. In Gelderland moesten bijv. 18 burgerlijke gemeenten alsnog omgezet worden in 44 kadastrale gemeenten. Al met al vormen deze stukken een bont geheel.

Aan de onderstaande Processen-verbaal zijn toegevoegd:

a. Figuratieve schetsen der grenslijnen tussen de gemeenten;

b. Aanwijzend tableau van de lengte der lijnen, de grootte der hoeken en van de rigtingen, welke den ware omtrek der gemeente uitmaken;

c. Proces-verbaal der verdeeling van het grondgebied der gemeente in sectiën;

d. (eventueel) Staatsbladen enz., inhoudende wetten e.d. waarbij de gemeentegrens  later is gewijzigd.


Jan Stehouwer




 


























J.E.P.E. Gericke